In een gecombineerde bestuurlijke bijeenkomst van de themagroep Armoede & Schulden en Sterke Keten hebben we stilgestaan bij het onderwerp ‘Werkende armen’. Directeur van het Nibud – Arjan Vliegenthart – en SER-voorzitter – Mariëtte Hamer – hebben ons meegenomen in hun visie op dit onderwerp. problematiek. De SER werkt momenteel aan een advies voor de regering over dit onderwerp. Naar verwachting zal dit advies in het eerste kwartaal van 2020 gereed zijn. Het NIBUD heeft zich de afgelopen periode nadrukkelijker verdiept in koopkrachtplaatsjes van verschillende samenstellingen van huishoudens. Duidelijk is dat de groep werkende armen groeit onder andere door lage uurtarieven, onregelmatige inkomsten en/of door lage werkintensiteit (parttime werk/weinig uren). Ook onder de sterk toenemende groep ZZP’ers zitten veel werkende armen. Omdat deze groep werkt en een inkomen heeft, beschouwen zij zichzelf echter veelal als niet arm. Door het beperkte inkomen hebben zij recht op diverse regelingen en voorzieningen. Daarvan wordt echter onvoldoende gebruik gemaakt. De groep werkende armen is ook kwetsbaar omdat zij bij een (financiële) tegenslag snel in de problemen komen. Gemeenten hebben er belang bij deze groep in beeld te krijgen om ook preventief beleid te kunnen voeren.
In het tweede deel van de bijeenkomst is aan de hand van stellingen met de bestuurders gediscussieerd. Wat is de beste aanpak en wat zijn dan eventuele consequenties? Hoe kijken we aan tegen het delen van gegevens tussen organisaties? Hoe kijken we aan tegen het bieden van premies aan bijstandsgerechtigden (in plaats van aan werkgevers) bij werkaanvaarding? Dit heeft geleid tot een levendige discussie met veel goede inzichten in suggesties. Duidelijk werd dat het van belang is om als gemeenten ‘good practices’ te delen. Er gebeurt heel veel, maar we weten het niet altijd van elkaar.
Zie ook: