In de bestuurlijke themabijeenkomst van de G40 themagroep Zorg, Jeugd en Onderwijs van 7 juni jl. zijn ervaringen en inzichten gedeeld omtrent de vraag hoe gemeenten gerichter kunnen sturen op de Jeugdhulp.

 Centraal stond de inrichting van het ‘eigen stelsel’ en wat de knoppen zijn om tot betere uitkomsten – tegen lagere kosten – te komen. Het onderzoeksbureau Significant lichtte de uitkomsten van de onderzoeken naar volume en uitgaven in de Jeugdhulp toe. Naar hun mening is op dit moment nog niet veel te zeggen over wat oorzaken zijn van de volumegroei. Daar is meer onderzoek voor nodig.

Interessant is de introductie van verschillende (jeugdhulp)modellen die gemeenten hanteren. Dat helpt bij discussies over het eigen model. Wel met de kanttekening dat nu nog weinig te zeggen valt over de uiteindelijke effecten van de verschillende modellen. Belangrijk inzicht is het belang van continuïteit. Switch niet te snel tussentijds van model. Er liggen juist veel kansen in het uitdenken en in werking zetten van een model: ‘kijk naar de prikkelwerking waarin je je als gemeente / regio bevindt en acteer daarop met het model dat je gebruikt. Zet het model dat je hebt uitgedacht vervolgens in werking en denk daarbij goed na over checks and balances: “wie doet wat en wie kan ik als gemeente waarop aanspreken?”.

West-Brabant West presenteerde het model dat in deze regio wordt gebruikt en ook inmiddels werkt: er is volumegroei, maar door de verlaging van de kosten per cliënt dalen de totale kosten voor jeugdhulp. Prognose van West-Brabant West is dat ze tegen het einde van deze bestuursperiode binnen het budget blijven. Belangrijke elementen van het model dat in deze regio wordt toegepast zijn: de datagedreven sturing, consistentie in beleid en het investeren in de samenwerkingscultuur. De regio benadrukt dat waar ze nu staan een lange aanlooptijd heeft gekend van rond de zes jaar. Investeren in deze elementen vragen tijd en aandacht!

Meer informatie over de G40 themagroep Zorg, Jeugd en Onderwijs